Inleiding – Otto Kroesen
Vlak voor Pinksteren verschijnt dit Dienblad nog. Zo kan er het een en ander aan activiteiten aangekondigd worden. Dit Dienblad biedt overigens ook de nodige reflectie. Soms heeft iets vanzelf een gemeenschappelijke noemer. Is dat met dit Dienblad ook zo? Misschien deze: traditioneel weet de kerk niet zo heel veel raad met de Heilige Geest. Misschien moeten we dat maar veranderen. Die verandering heeft al plaats, stap voor stap. Vroeger was het gebruikelijk de vraag te stellen naar het geloof: geloof je in Christus of niet. Ongemerkt komt de vraag anders te liggen. Die verschuift van geloof naar leven. Hoe leef je? In welke geest/Geest? Dat is toch opmerkelijk. Kom Schepper Geest – dat is niet alleen een kerkelijke bede, maar ook een maatschappelijke nood.
1. Delftse kerken komen samen in gezamenlijke Pinksterviering – Jacobiene Verhoeven
Aanvang 19.30 u (zingen vanaf 19.25), inloop vanaf 19.00 u, Nieuwe Kerk. Lees verder
2. Uitnodiging kerkdienst afscheid lutherse gemeente van haar kerk
Namens de kerkenraad van de Evangelisch-Lutherse gemeente Delft en de Algemene Ker-kenraad van de Protestantse Gemeente te Delft wordt eenieder van harte uitgenodigd voor boven-genoemde viering. Deze vangt aan om 09.30 uur in de Lutherse Kerk, Noordeinde 4, 2611 KH Delft. Lees verder
3. Gedragscode voor een veilige gemeente – Hans Breugem (namens het bestuur)
Het bestuur heeft een gedragscode opgesteld en we krijgen verslag met betrekking tot de vertrouwenspersoon. Lees verder
4. Mensen gezocht voor een musical
Op 30 mei is er een informatiedag in Rijswijk over een musical die gaat over de Toren van Babel.
5. Diaconaal Werk = Gedeelde Zorg – Gé de Joode
Gé vertelt ons waar hemel en hel te vinden zijn: het is een kwestie van de juiste vorm van ellebogenwerk. Lees verder
6. Motiv on campus – David Schiethart
De rubriek Motiv on Campus houdt ons op de hoogte van de werkzaamheden van MoTiv aan de TU Delft. Telkens vertelt een van de werkers in het veld iets over vorm, inhoud en doel van deze Motiv-presentie aan de TU Delft. Deze keer vertelt David iets over het diner pensant van afgelopen april. Lees verder
7. EEN MISVATTING of ook: onjuiste bijbel-exegese – Gé de Joode
Gé komt op voor de goede schepping. Wat is er dan mis gegaan? Lees verder
8. Doorkijkje: De prioriteit (?) van Marcus – Otto Kroesen
Hoe is het gekomen dat het geloof zo wijdverbreid is dat Marcus het oudste evangelie is? Het is een mooi voorbeeld van het kneden van de bijbel naar heersende behoeften. Lees verder
1. Delftse kerken komen samen in gezamenlijke Pinksterviering
Jacobiene Verhoeven
Onder het motto Delft bij Eén is er op zaterdagavond 18 mei in de Nieuwe Kerk (Markt 80) voor de tweede keer een interkerkelijke Pinksterviering. Gelovigen uit verschillende Delftse kerken vieren dan in hun diversiteit samen dit feest. Het thema van de Pinksterviering is ‘troost’, geënt op het kunstproject Het Feest van de Geest, waar diverse Delftse kerken aan meedoen van Hemelvaart tot en met Pinksteren.
Het zingen wordt begeleid door een muziekgroep uit meerdere kerken en door het orgel.. Na afloop is er de gelegenheid om elkaar te ontmoeten onder het genot van koffie, thee of fris.
Het initiatief voor Delft bij Eén komt voort uit de Raad van Kerken, vanuit een verlangen om als kerken gezamenlijk op te trekken in deze stad. We nodigen u en jou van harte om mee te doen met deze bijzondere, interkerkelijke Pinksterviering.
Aanvang 19.30 u (zingen vanaf 19.25), inloop vanaf 19.00 u.
2. Uitnodiging kerkdienst afscheid lutherse gemeente van haar kerk
Namens de kerkenraad van de Evangelisch-Lutherse gemeente Delft en de Algemene Ker-kenraad van de Protestantse Gemeente te Delft wordt eenieder van harte uitgenodigd voor boven-genoemde viering. Deze vangt aan om 09.30 uur in de Lutherse Kerk, Noordeinde 4, 2611 KH Delft.
3. Gedragscode voor een veilige gemeente
Hans Breugem (namens het bestuur)
Verslag van de vertrouwenspersoon en de “Gedragscode voor een Veilige gemeente”.
Bart van de Veer sinds 2019 vertrouwenspersoon in onze gemeente bracht onlangs zijn jaarlijkverslag uit aan het bestuur. In ‘22/23 heeft hij een aantal personen kunnen helpen door middel van gesprekken, het afgelopen jaar was dit niet nodig. Wel is hij een aantal malen benaderd ten aanzien van communicatieproblemen. Goed, elkaar serieus nemend communiceren heeft onze aandacht nodig. Wij zullen hierop en op het thema veilige gemeente, regelmatig terugkomen. Blijven signaleren en zo nodig aanspreken en reageren.
Volgend seizoen wordt er zoals in juni 2023 een gemeente zondag aan gewijd. Aan het ontwikkelen van de gedragscode voor hen die werken in onze gemeenschap met name met minderjarigen en kwetsbaren, heeft het bestuur veel aandacht besteed. Er is alleen instemming met deze gedragscode nodig, die volstaat nog steeds. Deze is onlangs tijdens een coördinatoren overleg voorgelegd. Met het verzoek dit goed tot zich te nemen en er mee in te stemmen. Daar werd terecht gevraagd het in het Dienblad te publiceren zodat iedereen ervan kennis kan nemen. Immers, bijna elk kerklid is in meer of mindere mate als vrijwilliger actief in onze gemeenschap.
Gedragscode voor kerkelijk vrijwilligers van de Kerk aan heet Noordeinde, wijkgemeente van bijzondere aard “verbonden in verscheidenheid”
Kerkelijke vrijwilligers zijn allen die door hun functie een bijzondere verantwoordelijkheid in de kerkelijke gemeente hebben en die daar in het vertrouwen van de gemeente genieten.
Respect voor de ander, integriteit, betrouwbaarheid en zorgvuldigheid kenmerken de stijl van omgaan met elkaar. Deze kernvoorwaarden vormen de onderliggende basis voor de concrete gedragsregels die in deze code worden genoemd. Deze code wil een hulpmiddel zijn om ongewenst gedrag van kerkelijke vrijwilligers te voorkomen, te signaleren en bespreekbaar te maken. Het bestuur heeft hiertoe een vertrouwenspersoon aangesteld in de persoon van Bart van der Veer.
Het bestuur vindt afspraken over de manier van omgaan met elkaar belangrijk omdat alle leden van onze gemeente zich veilig moeten kunnen voelen. Dit kan alleen als men elkaar in zijn/haar waarde laat en elkaar met respect behandelt. Dit betekent dat wij in onze kerkelijke gemeente alle vormen van ongelijkwaardige behandeling, zoals pesten, machtsmisbruik, financiële uitbuiting, discriminerende, racistische of (seksueel) intimiderende gedragingen of opmerkingen, of hiertoe aanzetten, ontoelaatbaar vinden.
Het bestuur vraagt alle kerkelijke vrijwilligers onderstaande omgangsregels na te leven.
1.Ik accepteer en respecteer elk persoon zoals hij/zij is.
2.Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.
3 Ik berokken de ander op geen enkele wijze schade.
4.Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie, noch van de mij toevertrouwde (financiële) middelen.
5.Ik doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen.
6.Ik bedreig de ander niet en gebruik geen geweld.
7.Ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.
8.Ik geef de ander geen seksueel getinte aandacht.
9.Ik stel geen ongepaste vragen en maak geen ongewenste opmerkingen over iemands persoonlijke leven of uiterlijk.
10.Ik doe geen mededelingen aan derden over zaken die mij vertrouwelijk ter kennis zijn gekomen. Ik moet de geheimhouding doorbreken als er gevaar of schade kan worden voorkomen, mits ik er alles aan heb gedaan om toestemming van de betrokkene te krijgen om de geheimhouding te doorbreken.
11.Bij gebruik van internet, e-mail en andere communicatiemiddelen zorg ik ervoor dat de privacy van anderen wordt gewaarborgd.
Deze gedragscode is vastgesteld door het bestuur van de Kerk aan het Noordeinde in febr. 2023 en besproken tijdens een gemeentezondag in 2023.
Bart van der Veer is te benaderen op zijn email adres veerbartvander@gmail.com
4. Mensen gezocht voor een musical
Op 30 mei is er een informatiedag in Rijswijk over een musical die gaat over de Toren van Babel.
5. Diaconaal Werk = Gedeelde Zorg – Gé de Joode
In een (bekend ?) chassidisch verhaal lezen we:
Een rabbijn mocht tijdens zijn leven de hemel en de hel zien. God bracht hem bij een grote zaal vol tafels met heerlijk eten. Maar de mensen die aan tafel zaten, slaakten vreselijke kreten.
“Dit is de hel”, zei God. Toen de rabbijn beter keek, begreep hij waarom de mensen zo ongelukkig waren. Ze konden niets van het heerlijke eten naar binnen krijgen: omdat hun ellebogen omgekeerd zaten, konden ze hun armen niet buigen om het eten bij hun mond te brengen.
Toen gingen ze naar de hemel. Daar klonk gelach. Maar tot zijn verbazing zag de rabbijn dat de situatie precies zo was als in de hel: tafels met heerlijk eten en mensen met omgekeerde ellebogen.
Toen zag hij het verschil: ieder mens bracht het eten naar de mond van een ander !
Dit verhaal brengt ons bij een tweetal bijbelteksten waarin wordt verteld hoe mensen zich met elkaar verhouden en wat dat betekent. Het gaat daar over de rijke man en de arme Lazarus.
Lees maar eens na in Jacobus 2:14-18 en Lucas 16:19-31 (NBV21)
6. Motiv on campus
De rubriek Motiv on Campus houdt ons op de hoogte van de werkzaamheden van MoTiv aan de TU Delft. Telkens vertelt een van de werkers in het veld iets over vorm, inhoud en doel van deze Motiv-presentie aan de TU Delft. Deze keer vertelt David iets over het diner pensant van afgelopen april.
Diner Pensant 2024 – Lab for a free World
David Schiethart
Het was een ontroerend moment. Rob Mudde, vice rector van de TU Delft, sprak zijn studenten toe op ons Lab for a free World, ons jaarlijks symposium voor studentenleiders. Mudde sprak zijn zorg uit over de polarisatie in de samenleving en op de universiteit. Zijn speech eindigde hij met de gelijkenis uit het Nieuwe Testament, het verhaal waarin wordt verteld dat een overspelige vrouw bij Jezus wordt gebracht en Jezus de omstanders uitnodigt haar te stenigen overeenkomstig de Wet van Mozes maar daarbij degene uitnodigt die zonder zonde is. Die mag de eerste steen gooien waarop iedereen afdruipt. Mudde zijn boodschap was duidelijk, dames en heren studenten, wees in Godsnaam bescheiden en mild naar elkaar, zoek de samenwerking en wees terughoudend in je oordeel naar anderen.
Een dag later vernamen we via de media dat Mudde voortijdig zijn functie zal neerleggen om gezondheidsredenen. Wij wensen hem alle goeds toe in de hoop dat hij zijn werk als hoogleraar tot aan zijn emeritaat met vreugde zal kunnen volmaken.
Polarisatie ligt altijd op de loer en zeker nu de TU onder het vergrootglas van de media ligt. Ook binnen de studentenpopulatie is polarisatie nooit ver weg. Nu is er altijd al wel een vorm van je onderscheiden van de ander, ben je van de Zaak, dan ben je geen Virgiliaan, geen DSB-er en ook hoor je niet tot een andere studentenvereniging. Dat er enige onderlinge rivaliteit is, kan geen kwaad. Je onderscheiden van de ander is van alle tijden en ook nodig om je eigen identiteit te vormen.
Daarom was het ook zo mooi om te zien dat de meeste besturen van studie- en studentenverenigingen een afvaardiging hadden gestuurd naar ons diner. Er was daar gesprek, ontmoeting tussen heel verschillende mensen van uiteenlopende stromingen. En waar studenten en overige aanwezigen van de Delftse gemeenschap over spraken was academische vrijheid. Wat is dat? Wat betekent dat voor jou als student als je een torenhoge studieschuld opbouwt, je geen kamer kunt krijgen, je het idee hebt dat je naast je studie ook nog een commissie moet doen, liefst ook nog een bestuursjaar om optimaal op de toekomstige arbeidsmarkt te zijn voorbereid.
Filosoof Maarten Coolen uit Amsterdam sprak tijdens het diner daarover zijn zorg uit. Dat studenten hun studie gaan zien als een project en daarbij zichzelf torenhoge eisen opleggen en in alle opzichten voorsorteren op hun latere carrière. Rob Mudde onderstreepte deze zorg van harte; “Go with the flow” zei hij, studeer met passie en overgave, maar verlies je niet in het idee dat je je toekomst volledig in de hand hebt en kunt plannen.
Of alle studenten hiermee instemden weet ik niet. Het waren vaderlijke woorden die Mudde en Coolen spraken. De zoons en dochters, het is aan hen om er iets mee te doen. Maar ze klonken wel en dat is goed. Want studeren is een voorecht, is mooi, gaaf, vormend, boeiend en verrijkend. Maar moge het geen periode zijn waar je burn out van raakt of waar je vervormt uitkomt, maar dat de liefde voor vak en medemens, voor jezelf en de ander hand in hand gaan, dat is mijn hoop.
7. EEN MISVATTING of ook: onjuiste bijbel-exegese
Gé de Joode
Een nog steeds beladen onderwerp: De erfzonde.
De bedoeling die de auteur met en in het diepzinnige Tuinverhaal (Genesis) heeft, is niet om zijn lezers historische informatie te geven over een tragische gebeurtenis in de oertijd, die verstrekkende gevolgen had voor alle mensen, maar om aan de hand van het verhaal van Adam en Eva duidelijk te maken hoe het kwaad in de wereld ontstaat en wat de tragische rol van de mens daarbij is. Hij wil de mensen een spiegel voorhouden waarin zij zichzelf herkennen zoals ze ten diepste zijn.
Doordat wij weet hebben van goed en kwaad, hebben we niet alleen een besef van de kwalijke kanten van ons biologische bestaan, maar zijn we bovendien verleidbaar. Dat wil zeggen, we zijn geneigd te zwichten voor de verzoeking om Gods gebod(en) naast ons neer te leggen. En zo roepen we het kwaad over ons af.
Kwaad in morele zin is niet iets dat we van onze voorouders erven, maar is iets dat we laten ontstaan door het een plaats in ons leven te geven. Het ontstaat daar waar de mens zwicht voor de verleiding ‘als God’ te willen zijn, en zich boven Gods gebod(en) te stellen.
De mens staat dan niet meer onbevangen tegenover zijn medemens (symbolisch uitgedrukt door de schaamte), ook niet tegenover God, voor wie hij zich verbergt en angst heeft (Tuinverhaal: Adam, waar ben je ?); hij weigert zijn verantwoordelijkheid te aanvaarden schuift de schuld af op de medemens of op een instantie buiten de mens (Tuinverhaal: de slang, die de verleiding symboliseert).
Het verhaal van Adam en Eva in de tuin van Eden is het verhaal van alle mensen, ons aller verhaal.
Een historische ‘zondeval’ in de zin van een gebeurtenis in de oertijd waardoor de hele mensheid erfelijk ‘besmet’ zou zijn geraakt en waarvan alle mensen het slachtoffer zijn geworden, valt uit het Tuinverhaal NIET af te leiden.
Een dergelijke interpretatie treffen we pas in het latere apocalyptische jodendom aan in boek IV Ezra:
“O Adam, wat hebt u gedaan ? Toen u zondigde, was uw val niet alleen de uwe, maar ook de onze, uw nakomelingen”.
Daar sluit Paulus in Romeinen 5:12 bij aan, als hij zegt dat: ‘door één mens (Adam) de zonde de wereld is binnengekomen’.
Op basis hiervan deed kerkvader Augustinus in de christelijke theologie daar nog een schepje bovenop en heeft de leer van de ‘erfzonde’ ontwikkeld: de zonde (het kwaad) als een onontkoombaar lot, als iets waarvan wij krachtens ons mens-zijn het slachtoffer zijn, als zou de zonde als een ‘erfsmet’ in onze genen zitten.
Anders gezegd, zoals het in het oude doopformulier luidt: ‘dat wij met onze kinderen in zonde ontvangen en geboren zijn’.
Het zal duidelijk zijn dat de leer van de erfzonde absoluut NIET strookt met de Bijbelse zondeleer, waarvan de basis in het Tuinverhaal is gelegd.
Want de idee dat wij ‘met onze kinderen in zonde ontvangen en geboren zijn’ is gebaseerd op Psalm 51:7, een tekst die volledig uit zijn verband is gerukt en niet goed is verstaan. Twee citaten:
NBG: Zie, in ongerechtigheid ben ik geboren, en in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen.
NBV: Ik was al schuldig toen ik werd geboren, al zondig toen mijn moeder mij ontving.
Uit de context blijkt dat we te maken hebben met een strikt persoonlijke belijdenis van de psalmdichter, waarin hij als individuele gelovige zichzelf en zijn eigen situatie schetst.
Deze belijdenis mag niet in algemene zin verstaan worden en op alle mensen worden toegepast.
Iemand mag zich persoonlijk hierin herkennen, maar dit hoeft niet zonder meer voor een ander te gelden.
Het moet toch mogelijk zijn je eigen intrede in het leven te belijden als ‘in liefde ontvangen en geboren’ – een veel gezondere, positieve basis om je leven op te bouwen.
In de Bijbelse zondeleer staat centraal dat de mens niet zondigt door wat hij krachtens zijn geboorte IS, maar door wat hij tijdens zijn leven DOET, door de (foute) keuzes die hij maakt. Hij IS niet in een noodwendig zondige staat vervallen, maar VALT in zonde door te zwichten voor de verleiding van het kwaad.
De mens IS niet zondig, maar WORDT zondig door zondige dingen te verzinnen en te doen. Het is niet zijn HART (de zetel van gedachten en besluitvorming), dat boos is, maar wat hij uit zijn hart VOORTBRENGT.
Daarom moeten zowel de leer van de historische zondeval als die van de erfzonde aangemerkt worden als een zeer ongelukkige theologische ontwikkeling – een ontsporing.
Deze leer heeft bovendien geleid tot de uiterst pessimistische visie op de mens, die in de christelijke orthodoxie gangbaar is geworden: als zouden wij mensen ‘ganschelijk onbekwaam zijn tot eenig goed en geneigd tot alle kwaad’, die in de orthodoxie nog steeds opgeld doet en nog altijd haar verlammende werking voortzet.
De Bijbelse auteur laat er geen twijfel over bestaan dat niet God, maar de mens zelf verantwoordelijk is voor zijn daden en dat daarmee tegelijk de mogelijkheid gegeven is tot het ontstaan van kwaad in de wereld.
De keuze van de mens (de mens koos immers voor de boom van ‘kennis van goed en kwaad’) voor de staat van ‘wetendheid’ betekent niet alleen de beaming van zijn biologische bestaanswijze maar ook de aanvaarding van de consequenties ervan nl. dat hij onder het kwaad kan lijden en kwaad kan aanrichten.
Dit behoort tot de tragiek van de mens.
8. Doorkijkje – De prioriteit (?) van Marcus
Otto Kroesen
Met zulke en andere gelijkenissen maakte hij hun het goede nieuws bekend, voorzover ze het konden begrijpen.
Marcus 4: 33
Een aantal keren heb ik laten zien hoe je vanuit de bijbel naar buiten moet kijken om de bijbel goed te begrijpen. Want de bijbel is in dialoog met de heersende cultuur. De bijbel laat bekende feiten en verhalen net even anders zien.
Deze keer gaat het er over dat andersom ook gebeurt. Wij vormen de bijbel naar onze behoeften. Sommige mensen willen dat het woord Hij voor de Here God verdwijnt en dat God niet alleen Vader maar ook Moeder genoemd wordt. Slechts een voorbeeld.
In de 19e eeuw onder leiding van Bismarck werden alle vorstendommen in Duitsland verenigd tot een Duitse staat. Dat leidde tot een conflict met de katholieke kerk, want wie had het nu uiteindelijk in de (katholieke) kerk voor het zeggen, de paus of de Duitse keizer? Dit conflict staat bekend als de zogenaamde Kulturkampf.
Progressieve mensen steunden het moderne Duitsland. Bovendien kreeg de Duitse staat voor het eerst ook zeggenschap over alle universiteiten die tot dan toe over verschillende vorstendommen verdeeld waren geweest. Wie carrière wilde maken moest daar rekening mee houden.
Laat nu het geval willen dat alleen in Mattheus Petrus neergezet wordt als de rots waarop de kerk gebouwd wordt (Mattheus 16: 17,18). Dat speelde de paus in de kaart! Bovendien, in Mattheus, traditioneel als het oudste evangelie gezien, krijgen ook de farizeeën en de schriftgeleerden er stevig van langs. Ook dat was een gevoelig punt in de Duitse eenheidsstaat, want men wilde dat de joden zouden emanciperen.
In die tijd werden er in de bijbelwetenschap nieuwe ontdekkingen gedaan. Marcus is het kortste evangelie. Is het niet logisch dat latere evangeliën het eerste en kortste evangelie uitbreiden? Marcus heeft ook niet zo’n gepolijste tekst als Mattheus, ook daarom moet dat wel het oudste zijn. Wie progressief wilde zijn ging in die visie mee.
Als Marcus het oudste is, en Marcus heeft veel woorden van Jezus en gelijkenissen niet, die Mattheus en Lucas wel hebben, dan moeten die twee ook een eigen bron hebben en die werd dan maar Q genoemd (Quelle, wat bron betekent).
Zo ontstond de zogenaamde twee bronnentheorie, die ik onderwezen kreeg in mijn theologiestudie en die nog steeds wordt onderwezen: Lucas en Mattheus hebben elkaar niet gekend (aantoonbaar onjuist!) en beiden hebben geput uit een aanvullende bron Q. Ook dat paste bij een moderne behoefte. Voor moderne burgerlijke christenen zijn de woorden uit de bergrede meer welkom dan dat bloedige lijdensverhaal. Dan is het geruststellend dat de meest oorspronkelijke bron een bron met woorden van Jezus is, Q.
Bij nader onderzoek is dit allemaal zeer onwaarschijnlijk. Er zijn ook mensen die juist vinden dat Marcus na Mattheus en zelfs na Lucas komt. Hij heeft hun verhaal ingekort en kon dat ook doen omdat die andere twee toch voor iedereen ter beschikking waren. Hij zou dan vooral Petrus’ stem hebben willen laten horen (Marcus was secretaris van Petrus in Rome).
De tekst uit Marcus hierboven wordt door Chapman aangehaald, een bijbelgeleerde uit het begin van de 20e eeuw, die eruit opmaakt dat Marcus bewust een aantal woorden en gelijkenissen heeft weggelaten. Die “andere gelijkenissen” zijn op dezelfde plaats in het verhaal in Mattheus te vinden… En dat zegt Marcus er zelf bij.